10 x zo is je dreumes zindelijk in twee weken
We hebben onze dochter met 22 maanden zindelijk gemaakt in twee weken. Voordat ik mijn tien tips deel, een kleine disclaimer: ieder kind wordt zindelijk op zijn/haar eigen tijd. Er is geen vastgestelde leeftijd waarop je kindje zindelijk moet zijn; de één is wat vroeger, de ander wat later. Het doel van deze blogpost is niet om jou als moeder een rotgevoel te geven als het nog niet lukt of als je dreumes er nog niet aan toe is. Maar als je ermee bezig zijn, kunnen deze tips jullie wellicht over de streep helpen!
Want o wat is het fijn, geen luiers meer!!
1. Koop minimaal twee potjes. Één voor boven, en één voor beneden. Je wilt niet voortdurend op en neer moeten zeulen met je potje. Koop eventueel nog een reispotje, voor onderweg. Koop de potjes samen met je dreumes, als onderdeel van het uitleg-proces.
2. Onderbroeken. Laat je dreumes het ondergoed zelf uitkiezen en maak er een ding van: “grote meisjesonderbroeken, omdat je nu een groot meisje bent en geen luiers meer aanhoeft”. Het mag een feestje zijn!
3. Belonen. Ga op zoek naar de beloningen die passen bij jouw kindje. Wij begonnen met stickers, maar dat was na drie dagen niet meer boeiend. We zijn na een tijdje overgestapt op smarties. Omdat Aya voor die tijd nog nooit chocola had gegeten werkten deze magische ‘koeka’s’ geweldig. Na iedere plas of drol op de po sprongen we een gat in de lucht, complimenteerden we haar uitgebreid en kreeg ze haar favoriete ‘koeka’ (zo noemt ze alles wat ze lekker vindt). In het begin ben je daadwerkelijk uitzinnig blij, na een paar dagen moet je het enthousiasme een beetje faken.
Lees ook: Zindelijkheidstraining? Deze moeder doet het vanaf de geboorte!
4. Uitleggen op duizend verschillende manieren. Dat uitleggen is echt een ding. Het heeft geen zin om alleen maar te zeggen “vanaf nu ga je plassen en poepen op het potje”. Je moet het op honderd verschillende manieren en veertig keer per dag opnieuw uitleggen. Gebruik allerlei verschillende zinnen en woorden, maar herhaal deze ook allemaal vaak. Soms begrijpen ze een bepaald woord of concept niet, maar als je het op een andere manier uitlegt opeens wel.
Je kunt ook een pop gebruiken om het proces uit te leggen: Pop is droog (laten voelen), Pop is nat want hij heeft in zijn broek geplast (laten voelen hoe dat voelt), Pop moet op het potje, dan krijgt Pop een beloning. Jeej! Blijf het uitleggen in iedere nieuwe situatie. Soms hebben ze het te pakken thuis, maar zodra ze dan bij opa & oma of in de speeltuin of op de opvang zijn, zijn ze het weer vergeten. Ze moeten overal opnieuw leren zindelijk zijn.
5. Become obsessed. In de eerste dagen ben je dat gekke mens dat iedere vijf minuten aan haar kind vraagt “moet je plassen? Moet je poepen? Ga je op het potje?” Midden in de supermarkt, tijdens een gesprek met je buurvrouw, overal. Je moet wel. Plas & Poep is het enige waar jij aan denkt in de eerste dagen. Probeer het overigens wel ‘leuk’ te houden. In de eerste week sta je alleen maar plas van de vloer te vegen en dat kan stress opleveren. Dus probeer chill te blijven. Chill, doch obsessed.
6. De Poep & Plas Expert. Je moet de signalen van je kindje leren lezen. Welke woorden gebruikt je kind om aan te geven als hij moet? Wat doet ie nog meer als hij moet plassen of poepen? Kindjes beginnen bijvoorbeeld te jengelen of worden juist heel stil, gaan in een hoekje staan of op een been, of beginnen onrustig te bewegen of friemelen. Word een expert op het gebied van de plas- en poepgewoonten van jouw kind.
7. Afleiding. Hoe saai is het voor een dreumes om super lang stil te zitten op een po. In het begin moeten ze heel lang op dat ding zitten, want ze moeten de signalen en gevolgen leren kennen. Verzamel een doos met leuke speeltjes, interessante objecten, stickers en tekenboeken waarmee ze zich kunnen vermaken. Wat ook super goed hielp bij ons was een tobbe met water en speeltjes voor haar neus zetten. Maar ook Peppa Pig op de iPad was een redding.
Lees ook: Deze zindelijkheidstruc is briljant!
8. Overal mee naar toe. Als je kindje na een paar dagen klaar is om zonder pamper naar buiten te gaan, breekt de tijd aan waarin je niet zonder po de deur uitgaat. Het wordt je tweede handtas. Maak je geen zorgen over “wat mensen wel niet zullen denken” als je je kind midden op straat op het potje zet. Nobody cares. Weersta de verleiding om je kindje toch weer een pamper om te doen, “omdat dat gemakkelijker is.”
9. Goed voorbeeld doet volgen. Het kan super goed helpen om je dreumes potjesgedrag te laten afkijken bij andere kindjes. Ze zien een vriendje/vriendinnetje/neefje/nichtje op de po gaan en beloond worden voor hun gedrag en willen dan ook. Andersom werkt ook: dat jouw dreumes aan een familielid of vriend(in) mag laten zien “hoe groot hij wel niet is en hoe goed hij op het potje kan!”
10. Het is tijdelijk. Misschien wil je na een week opgeven omdat je het gevoel hebt tegen een muur te praten, of in ieder geval tegen een ondergepieste vloer. Bedenk gewoon dat het tijdelijk is. De klik gaat om. Jouw kindje wordt zindelijk. Echt. Houd vol. Stop alleen als je merkt dat je kind super veel weerstand heeft tegen het potje en er echt nog niet aan toe is. Jij kan dat het beste beoordelen.
Bron hoofdafbeelding: Flickr