12 bekentenissen van een prutsmoeder
Ik ben een moeder, maar of ik een perfecte moeder ben? Dat valt te betwijfelen. Maar wat is een perfecte moeder eigenlijk en wie bepaald precies wat een perfecte moeder hoort te doen, of doet. Is het een brandschoon huis? Een gecertificeerde opvoedingsmethode misschien? Een benauwende gedachte, want als dat de ‘maatstaven’ zijn, dan ben ik (op zijn zachts gezegd) de spreekwoordelijke sigaar!
>> Blogger Linda schreef eerder al over haar ’10 bekentenissen van een moeder’.
Ik doe maar wat…
Eigenlijk doe ik vaak maar wat. ‘Prutsen’, zo kan je het ook wel noemen. Niet pedagogisch verantwoord en er zijn zeker geen boeken over geschreven. Eigenlijk weet ik niet eens of het al een naam heeft? Ik behoor tot de nummer 11 van stereoptype moeders.
Voor het gemak noem ik mijzelf dus even geen supermama, maar een prutsmoeder. Iets waar ik mee heb leren leven. Wacht… sterker nog! Ik omarm het ‘prutsmoederschap’ zelfs als ik eerlijk mag zijn.
Op welke manieren heb ik om leren gaan met mijn ‘imperfecties?’ Dat lees je in dit artikel!
Bron afbeelding: Everyday People Cartoon
Wat een prutsmoeder doet… (of niet doet)
- Zoethoudertjes? Feitelijk gezien is het een compromis. Voor vijf minuten me-time, krijgt zoon een lekker waterijsje. Lijkt mij niet meer dan eerlijk, toch?
- De vijf seconden regel die is eigenlijk verdomd handig! Vooral als het een zeer geliefd snoepje is wat uitgerekend op de grond valt. Nog voordat jouw kind in huilen uitbarst heb je deze namelijk (binnen nog minder dan één seconde) van de grond geraapt, vluchtig geïnspecteerd op vuiltjes en weer in het mondje gestopt. Als ik per ongeluk toch aan de zes seconden zit dan veranderd de vijfseconden-regel automatisch in een ‘daar krijgt hij weerstand van’- regel.
- De kruimels op de woonkamervloer zijn tussendoortjes.
- Ik dweil elke dag! En dan vooral de badkamervloer nadat mijn zoon onder de douche heeft gestaan. Waterbesparing tot de max, want er ligt namelijk al genoeg op de vloer om twee 10 liter emmers mee te vullen. Leuk extraatje: Dankzij mijn nieuwe, dure badschuim (die ik niet hoog genoeg had weggezet), glimmen de tegels als een spiegel.
- Patatjes zijn ook aardappels.
- Bacteriën vermenigvuldigen zich het beste tussen het dekbed en het hoeslaken van een opgemaakt bed heb ik ooit gelezen. Tussen mijn armoedige kreukelhoopje hebben deze dus geen schijn van kans…HA!
- Het bovenstaande geldt vanzelfsprekend ook voor de stapel on-opgevouwen was van twee weken geleden (ahum).
- In mijn huis wordt geleefd. Mocht je daar over twijfelen dan denk ik dat de omgekeerde Duplobak, knuffelkist en sokkenlade je wel kunnen overtuigen. In alle overige gevallen de plakkerige muren, deuren en ramen misschien een heldere hint?
- De etensresten en batterijen tussen het bankstel zitten daar met een reden! Het is namelijk de laatste plek waar mijn zoon deze zal zoeken.
- Jij noemt het vechten. Ik noem het ‘een natuurlijke vorm van ontwikkeling door middel van iets hardhandiger lichaamscontact tussen broers (en zussen, neven en nichten, en vriendjes, of vriendinnetjes)’.
- Hoezo verwennen? Ik leer mijn kind dat het soms leuker is om te geven, dan te nemen. En hoe leert hij dit beter dan door te zien hoe gelukkig mama er van wordt als zij haar kind een cadeautje geeft. Al is dat geluk vaak te danken aan het extra halfuurtje aan ‘shoptijd’ voor haarzelf. Zei ik win-win?
- Mijn kind krijgt de ruimte om de wereld op zijn eigen manier te ontdekken. Dat wil zeggen: Hij krijgt de ruimte om het huis te verbouwen, omdat ik te lui ben om van de bank op te staan om hem om elke vijf minuten achterna te lopen door de keuken, de woonkamer, de hallen, drie slaapkamers, een washok, een badkamer en het toilet (om daarna weer van voor af aan te beginnen).