Extra echo: nuttig, of meer druk?
De 20-wekenecho en de NIPT kennen we allemaal. Maar als het aan de Gezondheidsraad ligt, komt er nog een echo bij. Veel afwijkingen die bij twintig weken zwangerschap te zien zijn, zijn namelijk ook al te vinden bij dertien weken.
Als bij 13 weken al blijkt dat het ongeboren kind een bepaalde aandoening heeft, heeft de zwangere vrouw langer de tijd om te beslissen of ze de zwangerschap voortzet of afbreekt.
Twee vrouwen, een oud politica en een beleidsmedewerker van NPV, hebben kritiek op het plan voor een extra echo. Volgens hen is niet duidelijk of de voordelen wel opwegen tegen de nadelen. Behalve dat de test duur is en minder aan kan tonen dan de twintigwekenecho, hebben ze nog een ander bezwaar. Hun grootste kritiekpunt haakt in op een discussie die al langer gaande is.
Lees ook: Twintig weken echo: Pretecho?
Volgens de vrouwen ligt de nadruk bij de screening van zwangere vrouwen verkeerd. Niet het opsporen en mogelijk behandelen van moeder en kind staat voorop, maar de vraag of de vrouw en haar partner de zwangerschap willen afbreken of niet. De aandoeningen waarnaar gekeken wordt tijdens de echo’s, zouden zogenaamd ‘niet verenigbaar zijn met het leven’. Maar wie bepaalt dat?
Ouders van een gehandicapt kind krijgen steeds vaker de vraag: Heb je je niet laten testen? Het wordt steeds minder normaal om bewust te kiezen voor een gehandicapt kind. Met een extra test wordt die druk volgens de kritische dames nog groter. Volgens hen wordt zo steeds meer gedaan alsof we zelf de ‘perfecte mens’ kunnen maken.
Wat vind jij? Moeten ouders minder ongerust gemaakt worden, of is het juist goed om sommige aandoeningen op te sporen?
Bron beeld: Flickr