Van aanmelding tot plaatsing: onze weg door Pleegzorgland
Dat Vera en Thomas nu een gelukkig thuis hebben bij Krissie en haar man, lezen we in haar blogs. Maar voor het zover was ging er een lange tijd aan vooraf. In deze blog blikt Krissie terug op het proces.
2008:
Al diverse malen had ik gebeld met de pleegzorginstantie en het informatiepakket dat ons was toegestuurd kende ik inmiddels van binnen en buiten. Wat wilden we graag voor een kindje gaan zorgen, en wat duurde dit allemaal lang zeg… Tenslotte lukte het me om een gesprek met de gezinsonderzoeker in te plannen. Ik keek er ontzettend naar uit, want eindelijk zouden we stappen kunnen gaan zetten!
Lees ook: Die roze wolk? Daar krijgt niemand ons meer af!
Het eerste gesprek vond plaats op een doordeweekse avond, bij ons thuis. Dagenlang was ik als een dolle bezig geweest het hele huis van boven tot onder schoon te maken en op te ruimen. Alles moest natuurlijk spik en span zijn. In mijn hoofd vervloekte ik onze cavia, die telkens zaagsel uit haar kooi bleef schoppen. Gelukkig viel het allemaal mee: de gezinsonderzoekster was een leuke, vlotte meid, het huis werd eigenlijk nauwelijks bekeken en de cavia hield zich gedeisd. Ik was dus voor niets zo zenuwachtig geweest! We kregen uitleg over het gezinsonderzoek en planden de vervolgafspraken samen in.
2009:
Ongeveer vijf gesprekken plus een hele stapel ingevulde en opgevraagde formulieren later kregen we groen licht: we zouden in aanmerking komen voor een zogeheten ‘perspectief biedende plaatsing’. Men ging op zoek naar een match met een pleegkindje dat een permanent plekje nodig had om op te mogen groeien. Nog voor we het uitgebreide verslag van ons gezinsonderzoek binnenkregen, was die match er al. Binnen anderhalve week kochten we als mallen diverse babywinkels leeg en zetten we in huis alle puntjes op de i. En daar was ze dan, ongeveer een half jaar na ons eerste contact met de pleegzorginstantie: onze prachtige baby Vera.
Lees ook: Vera’s vuur
2010:
Helaas bleek deze plaatsing niet zo perspectief biedend als ons aanvankelijk was verteld. Na een intensieve tijd van onderzoeken en proberen ging Vera na een jaar namelijk toch bij haar ouders wonen. Geweldig dat dit kon, maar wat waren wij verdrietig. We probeerden contact te houden, maar helaas lukte dat uiteindelijk niet. Terneergeslagen, maar met de wetenschap dat dit nu eenmaal iets was wat bij pleegzorg kon komen kijken, besloten we een pauze in te lassen. We hadden tijd nodig om alles te laten bezinken. Na een maand of negen begon het toch weer te kriebelen. We zochten opnieuw contact met onze pleegzorgwerker.
2011:
Een poos later hoorden we over Thomas, die toen al meer dan een jaar bij een crisispleeggezin verbleef. We gingen kennismaken en een tijdje later was hij er dan: een pittige dreumes van bijna twee, met een schaterlach die me acuut deed smelten. Twee maanden later, ik was net weer aan het werk na een periode van pleegzorgverlof en vakantie, zag ik ineens vier gemiste oproepen op mijn gsm. Vera bleek acuut bij haar ouders weg te moeten. Of ze weer bij ons mocht komen? Ik spoedde me naar huis en manlief sjeesde naar de Ikea. Tegen etenstijd was ze er: een getraumatiseerde peuter van nog geen drie jaar oud.
Lees ook: “Jij gaat niet weg, toch mama?”
2017:
Vandaag blik ik terug op de weg die manlief en ik hebben afgelegd voordat we Vera en Thomas mochten verwelkomen. Een bijzondere reis door het ons aanvankelijk nog zo onbekende Pleegzorgland. Het ene moment leek het wachten eindeloos te duren, en het volgende moment waren we binnen enkele weken twee tweejarigen rijker. Van gesprekken en geduld tot voluit ‘gaan-met-die-banaan’: het hoorde er allemaal bij!
Bron beeld: Flickr