Ik heb niet de perfecte man…
Mijn man. De eeuwige goedzak. De uitslaper. Thuis de koning van de Franse slag. Op zijn werk de ideale werknemer; stipt, secuur, ijverig, collegiaal, stressbestendig en een aanpakker. Met zijn ogen het liefst aan een beeldscherm geplakt (ik quote ‘als het maar beweegt’) en zijn oren (ja zijn oren) zitten meestal in zijn broekzak. Soms vraag ik me wel eens af waarom ik de moeite neem hem bepaalde dingen te vertellen. Ik blijf ze maar herhalen, omdat hij steeds weer dezelfde vragen stelt.
Hij denkt bijvoorbeeld nog steeds dat de wasmachine niet aan kan als ik onder de douche sta. Ik heb al tig keer uitgelegd dat hij alleen niet moet gaan afwassen als ik onder douche sta, omdat ik dan geen warm water meer heb. Maar de wasmachine aan kan prima, daar merk ik niks van. Als ik schoon en fris beneden kom, na een paar keer gillend onder de straal te zijn weggesprongen, staat de volle wasmand nog te wachten bij de keukendeur. En één keer raden wat mijn man aan het doen is…
Gaan we met ons zoontje naar de McDonald’s dan komt hij gerust aanlopen met een Happy Meal met Fristi en snoeptomaatjes. Ons zoontje drinkt helemaal geen Fristi, en dat weet hij ook best. En de tomaatjes van de McDonald’s, hoe goed bedoeld ook, zijn soms zo zuur en hard dat ik ze zelf niet eens hoef. Ons zoontje was gek op tomaatjes. Maar een zo’n zuur kreng van de Mc en hij bliefde ze niet meer. Ik ben meer dan een half jaar bezig geweest hem te overtuigen dat tomaatjes toch echt wel lekker zijn. En nu eet hij ze eindelijk weer, komt papa weer met die dingen aanzetten. En dat terwijl we altijd (en we komen dankzij papa vaak genoeg bij de Mc om het te weten) voor fruit kiezen.
En wie mag het allemaal om gaan ruilen bij de kassa? Juist ja. Want dat is zijn eer natuurlijk te na.
Nee, hij is niet perfect die man van mij.
Maar ondanks deze, en aaaaal die andere ‘tekortkomingen’ (jullie kennen ze wel) zou ik hem voor geen goud willen missen. Want sinds de zwangerschap ben ik hem gaan waarderen. Ja, klinkt gek he? Maar ik kan mij niet herinneren dat waarderen voorheen een woord was wat ik gebruikte als ik het over mijn man had. Echt waar, sinds week zeven van de zwangerschap, toen mijn eten harder naar boven kwam dan dat het naar beneden ging, ben ik als een dolle aan het waarderen geslagen.
Wat ik dan allemaal waardeer aan mijn man…?
- Dat hij 13 weken lang elke morgen beschuitjes met honing voor mij maakte, zodat ik niet misselijk zou worden, en dan naast mij in bed weer in slaap viel. Omdat 7 uur ’s morgens wel erg vroeg is voor iemand die in de horeca werkt.
- Dat hij meeging naar alle controles en partneravonden. En het oprecht leuk vond!
- Dat hij mee ging naar al die babywinkels. En bijna net zo enthousiast aan het winkelen was als ik.
- Dat we samen de babykamer hebben geverfd en ingericht. En dat we op de dag voor de bevalling (de vliezen waren al gebroken) nog gaten in de muren hebben staan boren omdat ik het ècht af wilde hebben voor de baby er was!
- Dat hij na de bevalling meteen aan het verschonen, bijvoeden en badderen sloeg. Ik kon niet uit bed komen van de pijn, maar het was ook niet nodig. Hij was die luiers eerder de baas dan ik. (Dat heb ik ruimschoots weer ingehaald hoor.)
- Dat hij ondanks zijn kortere nachten en sterke behoeft aan uitslapen toch elke morgen mee gaat naar beneden en het ontbijt voor ons zoontje klaar maakt zodat ik mij rustig klaar kan maken om naar mijn werk te gaan.
Maar wat ik nog het meeste waardeer… dat hij net zoveel papa is als dat ik mama ben.
Eerlijk is eerlijk, hij heeft weinig keus. Overdag, als ik aan het werk ben is hij thuis. Hier geen ‘papadag’. Papa is er elke dag gewoon, voor de dagelijkse dingen. En dat betekent dat we allebei van de hoed en de rand weten, dat we allebei de leuke en minder leuke kanten van het ouderschap ervaren, en het betekent ook dat we echt op een lijn moeten zitten wat het opvoeden betreft. Of dat de lijntjes in elk geval heel dicht langs elkaar moeten lopen…
Met die lijntjes zit het wel goed. Waren we al een goed paar, nu zijn we een fantastisch team! (uche uche) We hoeven bijna niks te bespreken want we doen het automatisch al net zo als de ander. Geen rollende ogen omdat papa iets toestaat wat mama vlak daarvoor nog verbood. Geen gezucht omdat mama ja zegt terwijl papa net nee zei. (Wat zal onze zoon als puber een hekel aan onze eensgezindheid krijgen…)
We verschillen alleen nog van mening over het gebruik van de tablet. Gelukkig heeft zoonlief daar zelf al een oplossing voor bedacht. ‘Mama, ga nou naar het werk want dan mag ik een filmpje kijken!’ Ach. Van mama mag hij met zijn toetje smeren…
Mijn man is dus niet de perfecte man. Maar hij is wel míjn man. En dat waardeer ik enorm. <3