Het gemis na een vroeggeboorte
Tijdens een zwangerschap wordt er vaak gezegd dat het ‘echte genieten’ pas na de 12 weken begint. Tenslotte is de kans op een miskraam een stuk kleiner na de eerste drie maanden. Dana was deze periode ruimschoots voorbij, toen ze, notabene een paar dagen nadat ze te horen kreeg dat het kindje van haar en haar man een meisje zou worden. Plotseling last kreeg van mild bloedverlies “Een gesprongen vaatje”. Zo dacht ze…
Dit is het verhaal van Dana.
> Lees ook: Het afscheid van een overleden kind na miskraam of vroeggeboorte
Vruchtwaterverlies
Toch ging ik naar de verloskundige. Gewoon voor de zekerheid. De echo zag er prima uit, maar toch wilde de verloskundige even een uitstrijkje laten maken. Hij trok wit weg van wat hij zag. “Je verliest vruchtwater,” vertelde hij. Het was erger dan we aanvankelijk dachten en mijn gevoel vertelde mij meteen dat ik de kleine kwijt zou raken. Ik werd doorverwezen naar de gynaecoloog.
Bij haar aangekomen werd gezegd dat het vruchtwaterverlies minimaal was. Aan de bovenkant van de vliezen zat een klein gaatje. Ons kindje kreeg een 50/ 50 procent kans. Er was dus hoop! Hoewel ik realistisch moest blijven.
Hopend op een wonder heb ik mezelf in de daaropvolgende week bedrust opgelegd om het vruchtwaterverlies te beperken. Tegen mijn twee dochters loog ik dat ik door mijn rug was gegaan, want hoe vertel je twee jonge meiden dat hun moeder aan het vechten is voor het leven van hun zusje?
We werden om de dag bij de gynaecologe verwacht en in de tussenliggende dagen kwam de verloskundige bij ons thuis. Maar elke echo liet zien dat het vruchtwater om de baby steeds meer begon af te nemen en we moesten ons voorbereiden op het feit dat we ons kindje zouden gaan verliezen.
> Lees ook: Je was zo mooi…
Een achtbaan van emoties
Op een woensdagochtend begonnen de krampen en ik had het gevoel dat ik het laatste beetje vruchtwater verloren zou zijn. De verloskundige kwam bij ons thuis en stelde voor om de bevalling in te leiden. Iets wat we al hadden besproken. We hadden namelijk de keuze om de zwangerschap ‘uit te dragen’, maar dit zou ons kindje onnodig kunnen laten lijden, omdat deze droog zou komen te liggen. Nu ik al het vruchtwater was verloren was de kans nul procent op overleving en wat doe je dan? Juist! Je eigen verdriet opzij zetten om je baby dit te kunnen besparen, dus we kozen voor de inleiding.
De weeën kwamen snel op gang, maar de ontsluiting vorderde langzaam. In totaal heb ik 24 uur weeën opgevangen. Totdat de gynaecologe besloot mijn baarmoedermond open te trekken.
24 uur lang zat ik in een achtbaan van emoties. Ik was de pijn zat en wilde het allemaal achter de rug hebben. Ik kreeg er immers toch niets moois voor terug. Sterker nog; ik zou het kwijtraken.
Daar was hij dan!
Maar bij elke centimeter aan ontsluiting had ik aan de andere kant het gevoel dat ik absoluut niet wilde dat het over was. Ik wilde geen ‘hallo en dag’ zeggen tegen het meest dierbare in mijn leven. En toen was hij daar. Juist ja, een HIJ. Verrassing!
Op 23 april, 12.35u werd onze zoon Andrew geboren. Hij was 18 centimeter lang en 135 gram zwaar.
Hij lag daar op het bed en schrok toen de gynaecologe hem aanraakte en gooide zijn handen in de lucht. Ik wilde hem snel bij mij hebben nu hij de bevalling had overleeft. Hij paste precies in mijn handen en kan mij nog herinneren dat ik zei: “Hij weegt evenveel als een pakje Taksi!”.
Zijn hartje klopte duidelijk en hij leek zoveel op zijn papa! We hadden geen tijd voor tranen. We waren zo trots, hij was zo mooi. Het was een rare gewaarwording om aan je man te moeten vragen of hij hem nog even wilde vasthouden nu hij nog leefde. Al was dit wel de realiteit. De eerste keer dat zijn vader hem levend in zijn armen hield, was ook direct de laatste.
Hij moest gaan…
Terug in mijn handen, staarde ik naar zijn kloppende hartje. Van binnen hopend dat deze nog lang door zou kloppen, maar langzaam aan ging de hartslag langzamer, om na 40 minuten uiteindelijk te stoppen met kloppen.
Ik raakte van binnen in paniek, maar ik verstijfde. Ik probeerde hem warm te knuffelen, maar om hem warm te krijgen lukte natuurlijk niet. Tot overmaat van ramp moest ik geopereerd worden en moest ik onze lieve zoon, Andrew, ook direct weer achterlaten.
Toen ik wakker werd op de uitslaapkamer, vroeg ik als eerste of ik weer terug kon naar onze lieve zoon. Ik was ergens boos op mijn man dat hij naast mij stond en niet bij hem was gebleven, maar ook hij was in paniek. Bang dat hij zijn vrouw, achter zijn zoontje aan zou zien gaan. Terug op de kamer voelde ik me zwak. Lichamelijk en geestelijk, maar de tranen kwamen niet.
We hebben de avond en nacht met zijn drietjes geslapen. Nog één nacht met onze zoon, ook al was hij er niet meer.
Met lege handen
Duizend keer ‘ik houd van je’ en kusjes verder brak de volgende ochtend aan. Mijn man moest naar huis om mijn papieren te halen en na twee dagen even te kijken hoe het met onze dochters ging.
Ze waren opgevangen door hun tante, maar hij durfde hen het slechte nieuws niet te vertellen. Hij kon dit niet alleen.
Ondertussen stortte ik, zonder mijn man aan mijn zijde, in.
Hoe kon ik dadelijk mijn zoontje hier achterlaten? Hoe moest ik met lege buik en armen, mijn meisjes aankijken wanneer ik thuis zou komen? Hoe moest ik dit verdriet gaan overleven?
Een toevlucht
Over een paar dagen stond een weekje Turkije gepland. Dit zou de laatste vakantie worden, voordat we drie kinderen zouden hebben in plaats van twee.
Nu was dit mijn toevluchtsoord en huilen? Dat zou kon ik in Turkije ook. Maar dan zonder verplichtingen en met mijn meisjes in de zon, aan het spelen.
Hoewel de reis lichamelijk zwaar was, werd ik in het hotel goed verzorgd.
De klap kwam pas toen we na de vakantie thuiskwamen. Nog geen twee weken later brachten we een bod uit op een ander huis. Weg uit de woning waar wij Andrew groot hadden moeten brengen. Een nieuw begin, hoewel er geen oplossing bestaat voor de pijn die je hebt als je een kindje verliest.
Het was enkel een reden om door te gaan en uit te kijken naar iets nieuws om iets van de lege plekken tijdelijk op te vullen.
In september kregen wij de sleutel van ons nieuwe huis, maar ondanks dat het goed voelde en de verbouwing in volle gang was. Belandde ik toch in een depressie. Ik had mijn gevoelens al die tijd onderdrukt. Ik heb er, met hulp, hard aan gewerkt om er weer bovenop te komen en net voor de kerstperiode zijn we verhuisd.
Weer dagen die we door moesten zien te komen. De eerste kerst, de eerste jaarwisseling. Het had allemaal zo mooi kunnen zijn met zijn vijven.
Ups en downs
April en zijn eerste verjaardag kwamen steeds dichterbij, maar ik werd langzaam steeds sterker en wist het verdriet een plekje te geven.
Zijn verjaardag hebben we gevierd met taart en een mooie wensballon waar we met onze dochters een mooie tekst in hebben geschreven.
Het eerste jaar heb ik overleefd en heb ik het idee dat ik Andrew in mijn hart kan dragen, terwijl ik het gemis en de pijn aan kan.
Vanzelfsprekend met ups en downs, want zo kan ik nog altijd in huilen uitbarsten wanneer ik bijvoorbeeld een mama-eend met haar drie jonkies zie lopen. Iets wat ik heb geaccepteerd, dit hoort nu bij mij. Maar naast alle verdriet draag ik ook vaak een lach als ik aan hem denk. Ik ben trots, want naast twee meiden, ben ik ook mama van een knappe knul. Alleen van hem houden doe ik op afstand. Tot we elkaar weer zullen zien. Bang voor de dood ben ik in ieder geval niet meer, want ik kijk uit om mijn zoon weer in de armen te nemen. Maar tot die tijd ga ik genieten van mijn leven en mijn prachtige gezin.
Foto: eigendom van Dana