Lief gepest kind
Daar sta je dan, met je ziel onder je arm. Je schouders afhangend, je blik naar beneden. Wat gaat er door je heen? Wou je vanochtend wel naar school? Of was het drama? Brood wat je niet door je keel kreeg. Je moeder die je met een verdrietige blik in haar ogen overhaalde: “Kom op. Je weet. Je moet.”
Had je wel door hoe ze haar tranen snel weg slikte? Nooit had ze voor jou gewenst dat ook jij buitengesloten zou worden, weg geduwd, soms letterlijk. In de bosjes. Of erger nog. Genegeerd. Alsof je niet bestaat. Haar kind, haar baby. Dat iemand jou pijn zou doen, is onverdraaglijk. Liever dan nog draagt zij de pijn voor jou, zoals elke mama dat zou doen.
Lees ook: Brief aan de pester.
Weet je wel dat je van waarde bent?
Besef je dat wel? Je heft je gezicht nu omhoog om te genieten van de zonnestralen. Je schouders mogen dan afhangend zijn, het leven omarm je. Je bent sterk. Gelukkig maar. Niet ieder kind heeft die veerkracht.
Niet ieder gepest kind wordt voor ‘slechts korte tijd gepest’. Een jaar hier een jaar daar. Waar sommige gepeste kinderen een heel schoolleven moeten dealen met dit soort shit, daar heb jij nog een beetje mazzel. Misschien is het juist dat je van je afbijt. Je vuur is nog niet gedoofd.
“Ach, het zijn maar pesterijtjes” of “het is onschuldig” of “het zijn ook nog maar kinderen” of “kinderen weten niet wat ze doen”. Yeah right!
Kinderen mogen veel onschuld hebben, maar vaak weten ze dit dondersgoed. Met name de pesters die vanuit pure jaloezie pesten. Berg je maar voor de sadisten die ook graag dieren mishandelen. Een gebrek aan empathie. Ja, dat is een karaktertrek, maar het is ook een opvoedingsdingetje.
Dat bepaalde ouders daar hun taak lieten liggen, en zelfs de meester ook, daar kon jij niks aan doen. Lief gepest kind. Het lag niet aan jou. Ook niet op het moment dat je dit misschien wel dacht. Het moment dat die jongen, wel twee koppen groter dan jou op je tenen ging staan. Je dreigende woorden toe siste. Dat moment. Had je hem maar een knietje gegeven. Alleen je hield je groot. Dat was al heel wat.
Begon je al aan jezelf te twijfelen? Zou je al bijna in behandeling? Misschien een beetje assertiviteitstraining, zoals al werd geopperd door die ene leraar, en ja, ook al was je toen al bijna-kind-af en een onzekere tiener. Niets heeft er minder in gehakt dan toen.
Lief gepest kind. Nee, het ligt niet aan jou.
Ik wou dat ik meer voor je kon betekenen. Meer dan dit. Lege en holle woorden zijn het, want ze helpen niet. Het enige dat helpt, is school vermijden. Liefst zoveel mogelijk. Als tiener kan dat, ook al is het met gevolgen. Als kind kan dat absoluut niet. Je moet en je zou. Je wordt dan ook echt gemist. Behalve met de lunch.
Gelukkig hier geen verplichte overblijfboterhammen, maar gewoon een rustmoment thuis.
Gelukkig hier geen noodzakelijk toevluchtsoord op de wc, maar gewoon op de fiets.
Haren in de wind. Weg van school. De vrijheid omarmend.
Lief gepest kind, ik herken je nog wel. Hoor je het gefluister in de wind? Terwijl jij boomhutten bouwt en droomt van verre reizen, kan ik je vertellen dat veel van je dromen uitkomen. Hopelijk is dat een troost. Je redt het wel. Je zult ok zijn. Gelukkig. Gezegend. Je geeft ze allemaal maar mooi het nakijken.
Het klinkt als een echo uit het verleden, maar nog steeds heeft ze je in haar greep.
Wantrouwen, en een muur om je heen. Hoe anders zou je zijn opgegroeid, was je niet gepest. Had je dan wellicht meer mensen durven toelaten? Mensen die door jouw muur mochten? Of had je wellicht een ander carrièrepad gekozen? Misschien eentje, waarbij je nog meer je hart had gevolgd. Zonder ook maar een spatje onzekerheid over mensen, en wat ze wel niet van je moeten denken.
Lief gepest kind, ergens ben je er nog altijd. Je bent wat mij heeft gevormd. Trots. Een doorzetter. Ondanks een muur, die alleen afgebroken kan worden door mensen die mijn vertrouwen winnen. Ondanks dat. Mijn dromen navolgend gewoon. Omdat ik het kan. Omdat het mag. Omdat ik dat wil.
19 april is de Landelijke Dag tegen Pesten. Stop pesten nu!
Bron afbeelding: Pixababy